Eindelijk verduidelijking en deadline: btw-plicht voor bestuurdersvennootschappen definitief
- On 06/04/2016
Rechtspersonen die optreden als bezoldigd bestuurder, zaakvoerder of vereffenaar van een vennootschap worden onderworpen aan de btw-plicht vanaf 1 juni 2016 in de plaats van 1 januari 2015. De administratieve tolerantie die toelaat dat voor deze handelingen geen btw-identificatie vereist is, wordt afgeschaft. Wat zijn de gevolgen? Hoe kan u zich voorbereiden?
Vennootschap. Rechtspersonen die als bezoldigd bestuurder, zaakvoerder of vereffenaar van een vennootschap optreden zijn in principe btw-belastingplichtig. Tot heden bestaat een administratieve tolerantie die de rechtspersoon de keuze geeft om deze mandaathandelingen al dan niet te onderwerpen aan de btw. Echter stelt de Europese Commissie deze keuze in vraag. De Belgische administratie heeft hierop geantwoord met de afschaffing van de tolerantie.
Natuurlijk persoon. Voor natuurlijke personen wijzigt er niets. Natuurlijke personen die als bestuurder, zaakvoerder of vereffenaar van een vennootschap optreden, blijven niet-belastingplichtig. Dit impliceert dat er geen btw dient aangerekend te worden op de uitgaande handelingen en dat de btw op de inkomende handelingen niet kan worden afgetrokken.
Nu nog actie ondernemen! De administratie heeft de praktische implicaties bekendgemaakt op 30 maart 2016 [1]. Om belastingplichtigen de kans te geven om zich aan deze nieuwe circulaire aan te passen, had de Minister van Financiën reeds beslist om de btw-plicht voor bestuurders-rechtspersonen uit te stellen tot 1 juni 2016. Nu de definitieve beslissing is gepubliceerd, zal er in principe geen verder uitstel worden toegekend.
Het is aangeraden om uw situatie hieromtrent dus nog vóór 1 juni 2016 onder de loep te nemen. U kan namelijk de structuur van uw mandaten herschikken en een reorganisatie toepassen in uw vergoedingsstromen en zo vermijden dat er een btw-plicht ontstaat.
Verplichtingen als gevolg. De rechtspersonen die optreden als bestuurder, zaakvoerder of vereffenaar van een vennootschap worden vanaf 1 juni 2016 aan volgende verplichtingen onderworpen:
- De heffing van btw op handelingen in het kader van hun mandaat.
- De identificatie voor btw-doeleinden die de aanvang van zijn activiteit aangeeft.
- Het indienen van periodieke btw-aangiften en een jaarlijkse btw-klantenlisting.
Indien de jaaromzet van de rechtspersoon de grens van € 25 000 niet overschrijdt, kan de rechtspersoon opteren voor de btw-vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen.
Extra kost als gevolg. De nieuwe btw-plicht kan een extra kost betekenen voor de actoren die niet-btw-plichtige zijn of btw-vrijgestelde sectoren, zoals holdings, immobiliën vennootschappen, banken en verzekeringsondernemingen en de non-profit verenigingen.
Tip! Indien het belastbaar feit zich situeert vóór 1 juni 2016, kan de vergoeding nog buiten het toepassingsgebied van de btw vallen. Bestuurders-rechtspersonen hebben er dus alle belang bij om zoveel mogelijk vooruit te facturen. Het vooruit factureren dient wel objectief te kunnen worden verantwoord en moet gelinkt worden aan duidelijk te leveren prestaties.
Bronnen:
[1] Beslissing Btw nr. E.T. 127.850.