Kerkstraat 106 9050 Gentbrugge
info@refibo.be
+32 9 223 31 54
ma-vr: 9:00-13:00, 13:30-17:00

Werkgeverstussenkomst in het woon-werkverkeer verhoogd

Werkgeverstussenkomst in het woon-werkverkeer verhoogd

  • On 10/03/2009

De indexering van de kostprijs van de treinkaarten en de beslissing op het interprofessioneel akkoord voor 2009-2010 om de tussenkomst van de werkgever in de kost van de treinkaarten op te trekken hebben een dubbele verhoging van deze werkgeverstussenkomst tot gevolg. Indien de werknemer via een ander openbaar vervoermiddel naar zijn werk gaat, dan geldt er een gelijkaardige regeling als bij het treinverkeer. Als de werknemer echter via zijn privévoertuig naar zijn werk gaat, bestaat er geen nationaal verplichte tussenkomst voor de werkgever. Aangezien er evenwel in dat geval op sectoraal of ondernemingsvlak verschillende overeenkomsten bestaan die verwijzen naar de werkgeverstussenkomst voor het openbaar vervoer, werd er voorzien in een overgangsregeling.

Wanneer een werknemer met de trein naar zijn werk gaat, dan moet de werkgever nu gemiddeld 75% van de kostprijs van de treinkaart bijdragen, daar waar dit vroeger gemiddeld 60% was. In de Nationale Arbeidsraad werd hiertoe een nieuwe tabel voor de werkgeverstussenkomst bij gebruik van het openbaar treinvervoer opgesteld. Deze tabel geldt voor de komende twee jaar. Dit brengt met zich mee dat er in 2010 de werkgeversbijdrage in het treinvervoer niet gekoppeld zal zijn aan de eventuele indexering in dat jaar van de treinkaarten. Daar tegenover staat dat er in 2009 een dubbele stijging van die bijdrage plaatsvindt: enerzijds door de indexering van de treinkaarten dit jaar en anderzijds door de voornoemde optrekking van de bijdragen.

Gaat de werknemer echter niet met de trein naar zijn werk, maar wel met een ander openbaar vervoersmiddel? In dat geval voorziet de nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies in de volgende regeling:

  • de vervoersprijs is afhankelijk van het aantal afgelegde kilometers: zelfde bijdragen als bij treinverkeer, met een maximum van 75% van de werkelijk betaalde prijs.
  • de vervoersprijs is een eenheidsprijs die niet afhangt van het aantal afgelegde kilometers: bijdrage = 71,8% van de werkelijk betaalde prijs.

Tenslotte is het mogelijk dat de werknemer met zijn privévoertuig naar zijn werk gaat. In dat geval is er nationaal geen verplichte werkgeversbijdrage voorzien, maar wordt er wel vaal op sectoraal en ondernemingsvlak een overeenkomst gesloten. Verschillende van deze overeenkomsten verwijzen naar de regeling bij het gebruik van openbaar vervoer. Voor die overeenkomsten is er een overgangsregeling voorzien. In de voormelde CAO nr. 19octies is er immers een tweede tabel opgesteld die gelijk is aan de oude tabel. In die tabel bedraagt de werkgeversbijdrage dus gemiddeld 60% van de kostprijs van de treinkaarten. Deze tabel, die geldig is tot en met 30 juni 2009 is van toepassing voor die overeenkomsten die voor het woon-werkverkeer via een privévoertuig verwijzen naar de regeling bij het gebruik van openbaar vervoer. De ondernemingen en de sectoren hebben zo de tijd tot en met 31 mei 2009 om deze overeenkomsten te wijzigen. Doen ze dat niet, dan zal vanaf 1 juli 2009 de verhoging ook voor hen gelden.

 

Bron: Interprofessioneel akkoord 2009-2010 van 22 december 2008 en Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, op 20 februari 2009 ondertekend in de Nationale Arbeidsraad