Winwinlening zorgt nu voor nog meer win(st)
- On 14/02/2011
De winwinlening werd in september 2006 ingevoerd om het ondernemingen gemakkelijker te maken om startkapitaal te vinden in de directe omgeving. Inwoners van het Vlaams Gewest kunnen sindsdien als familie, vriend of kennis een winwinlening toekennen aan een startende KMO-onderneming. Ze kregen hiervoor een jaarlijkse belastingskorting van 2,5% op het geleende bedrag. De lening mocht maximaal € 50 000 bedragen en moest 8 jaar lopen. Wanneer het voor de onderneming onmogelijk was om op het einde van de periode de lening terug te betalen, hadden de kredietverleners recht op een eenmalige belastingvermindering ter waarde van 30% van het verschuldigde bedrag.
Sinds januari 2011 zijn echter enkele wijzigingen van kracht. Bij het toekennen van een winwinlening hoeft het nu niet langer te gaan om een startende KMO-onderneming, alle rechtspersonen komen in aanmerking als kredietnemer. Kredietnemers kunnen voortaan aanspraak maken op een lening van € 100 000. Voor de kredietgevers blijft het maximumbedrag wel behouden op € 50 000.
De nieuwe regels laten het ook toe dat de lening niet meer in één keer moet worden terugbetaald. Bovendien kan de lening nu ook afgelost worden door middel van een eenmalige vervroegde betaling.
Om aanspraak te maken op de belastingvermindering die verbonden is met de winwinlening moet de kredietgever inwoner zijn van het Vlaams Gewest. Dit wordt bepaald door na te gaan of men inwoner is van het Vlaams Gewest op 1 januari van het aanslagjaar dat verbonden is met het belastbaar tijdperk waarin de winwinlening wordt toegekend. De belastingvermindering zal vervolgens niet worden toegepast voor de jaren waarin de kredietgever geen inwoner is van het Vlaams Gewest.
Als laatste is het vanaf januari 2011 ook mogelijk dat een bevoegde instantie de registratie van de lening van ambtswege schrapt wanneer de kredietnemer zich niet houdt aan de voorwaarden. Wanneer zo’n schrapping plaatsvindt, zal de belastingvermindering vervallen vanaf het aanslagjaar dat van toepassing is op het boekjaar waarin de schrapping plaatsvond.