Kerkstraat 106 9050 Gentbrugge
info@refibo.be
+32 9 223 31 54
ma-vr: 9:00-13:00, 13:30-17:00

Ernstige belastingfraude beter gedefinieerd

Ernstige belastingfraude beter gedefinieerd

  • On 10/04/2007

De witwaswet van 1993 bevatte enkele hiaten die de huidige regering wenst op te vullen. Het gaat in het bijzonder over de term ‘ernstige en georganiseerde fiscale fraude’, niet nader gespecificeerd in de wet van ’93, met de nodige juridische twisten als gevolg.

Ook zorgde deze wet voor een te geringe meldingsplicht: het jaarverslag 2005 van de witwascel toont aan dat er in België ongeveer 13.000 meldingen van vermoede witwasoperaties waren, tegenover 170.000 meldingen bij onze noorderburen. De banken meldden dat jaar 4.427 verdachte operaties, tegenover 33.210 in Nederland. In sommige sectoren is het aantal meldingen zelfs op één hand te tellen.

Op uitdrukkelijk verzoek van de Raad van State heeft de regering werk maken van een oplossing. Er kwam een Koninklijk Besluit[1] met indicatoren van ‘ernstige en georganiseerde fiscale fraude’. In dit KB zal staan dat valse stukken aanmaken of gebruiken onvoldoende is om zware fraude te impliceren. De ernst van de fraude moet overigens ook blijken uit de abnormale verhouding van de omvang van een transactie tot het vermogen van de persoon of onderneming die de transactie doet.

Bij ernstige fraude moest er ook sprake zijn van een georganiseerd karakter: een constructie met opeenvolgende verrichtingen en/of de interventie van een of meerdere tussenpersonen, waarbij internationale of complexe middelen worden gebruikt. Met ‘complex’ wordt bedoeld het gebruik van simulatie- of verbergingsmechanismen met onder andere bedrijvenstructuren of juridische constructies.

Valsheid in geschrifte zal in het KB niet per definitie onder zware fraude vallen. Zo is een veel voorkomende vorm van fraude het vermelden van een lagere prijs in de authentieke verkoopakte van een gebouw. Dergelijke praktijken zullen echter niet als ‘ernstige en georganiseerde fraude’ geclassificeerd worden.

De indicatoren van belastingfraude zijn:

  • Een klant kan of wil geen stukken voorleggen over de herkomst van ontvangen gelden of over de grondslag van een betaling.
  • Onregelmatigheden in facturen, zoals het ontbreken van een btw- of factuurnummer.
  • Transacties met postbusbedrijven in fiscale paradijzen.
  • Het gebruik van stromannen.
  • Firma’s die ongewone verrichtingen uitvoeren, gelet op hun maatschappelijk doel.
  • Verdachte transacties met bedrijven die zopas bestuurders kregen of andere statutaire wijzigingen doorvoerden.
  • Zeer forse stijging van de omzet en verrichtingen op onlangs geopende bankrekeningen.
  • Gebruik van doorsluisrekeningen en de opeenvolging van veel verrichtingen voor een omvangrijk totaalbedrag.
  • Gebruik van tussenrekeningen om te verbergen wie de werkelijke begunstigde is van de transactie.
  • Complexe bedrijfsstructuren en juridische/financiële constructies die de beheers/bestuursmechanismen vertroebelen.
  • Het omleiden van fondsen die uit het buitenland komen en er weer naar vertrekken.
  • Organiseren van insolvabiliteit door de snelle verkoop van activa aan verbonden bedrijven of personen.
  • Gebruik van ‘back-to-back’-leningen waarbij een bedrijf maskeert dat het aan zichzelf leent.
  • Overschrijving naar of van buitenlandse bedrijven zonder commerciële activiteit.

De lijst met tussenpersonen die witwaspraktijken moeten melden bevat 23 beroepen. Daaronder vallen onder andere de Nationale Bank, de kredietinstellingen, notarissen, vastgoedmakelaars, accountants, boekhouders en belastingconsulenten, maar ook de advocaten. Zij hebben bij het Arbitragehof beroep ingediend tegen de bestaande witwaswet.


[1] 3 JUNI 2007. – Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 14quinquies van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme