Kerkstraat 106 9050 Gentbrugge
info@refibo.be
+32 9 223 31 54
ma-vr: 9:00-13:00, 13:30-17:00

Nieuwe regelgeving voor de patrimoniumtaks voor VZW’s in aankomst

Nieuwe regelgeving voor de patrimoniumtaks voor VZW’s in aankomst

Nieuwe regelgeving voor de patrimoniumtaks voor VZW’s in aankomst

  • On 30/11/2023

Op 21 november 2023 is de tweede lezing van een wetsontwerp goedgekeurd door het parlement, wat aanzienlijke veranderingen met zich meebrengt voor het Wetboek der successierechten, met specifieke focus op patrimoniumtaks voor VZW’s. De nieuwe regeling, die op 1 januari 2024 in werking treedt, zal een breder scala aan activa belasten en introduceert een progressief tarief, in plaats van het huidige vaste tarief. Een opmerkelijke verdubbeling van het vrijgestelde bedrag en de integratie van buitenlandse onroerende goederen zijn enkele van de kernpunten.

Inwerkingtreding

De inwerkingtreding van de nieuwe regeling wordt voorzien op 1 januari 2024. Om de berekening te kunnen maken van de taks zal er rekening gehouden worden met geheel van bezittingen op 1 januari van het aanslagjaar. Dit impliceert dat de nieuwe regeling reeds van toepassing zal zijn op de aangiftes die op 31 maart 2024 dienen ingediend te worden.

Welke activa wordt geviseerd?

De reikwijdte van de belasting wordt met de nieuwe regeling eveneens verruimd. Vanaf de inwerkingtreding op 1 januari 2024 zal het geheel aan activa van de betrokken entiteit, waar die bezittingen zich ook bevinden, onderworpen zijn aan de belasting.

De in het buitenland onroerende goederen moeten er vanaf dan ook in worden opgenomen. Indien de onroerende goederen in het buitenland al onderworpen worden aan de lokale belastingen en om op deze manier een dubbele belasting te vermijden dienen er bewijsstukken te worden voorgelegd om dit te kunnen aantonen:

  • Bewijsstukken in verband met de kwijting van die buitenlandse belasting;
  • Afschrift van de bevoegde buitenlandse overheid waarin de berekening wordt opgenomen, alsook wordt vermeld dat zij de aangifte ontvangen hebben.

Indien het niet mogelijk is om op het moment van de aangifte deze bewijsstukken voor te leggen, is het nog mogelijk om later een teruggaaf aan te vragen op voorwaarde dat de stukken binnen de vijf jaar na de betaling van de Belgische belasting worden neergelegd bij het bevoegde ontvangkantoor.

Vrijgesteld bedrag en progressieve tarieven

Een opmerkelijke wijziging is dat het vrijgestelde bedrag van € 25.000,00 zal worden opgetrokken naar € 50.000,00.

Daarnaast zal er geen sprake meer zijn van het huidig vast tarief van 0,17%. Met de inwerkingtreding van de nieuwe regeling zal er gebruik worden gemaakt van een progressief tarief.

Vanaf 01/01/2024 zullen volgende tarieven gaan gelden:

  • Eerste schijf van 50.000,00 EUR: vrijgesteld;
  • Op de schijf van 50.000,01 EUR tot 250.000,00 EUR: 0,15%;
  • Op de schijf van 250.000,01 EUR tot 500.000,00 EUR: 0,30%;
  • Boven 500.000,00 EUR: 0,45%.

De aanpassing vindt haar rechtvaardiging in de memorie van toelichting, waarin wordt gemotiveerd dat men beoogt het progressieve tarief in overeenstemming te brengen met het progressieve tarief van de erfbelasting.

De regeling voorziet wel in een uitzonderingsregel voor instellingen die actief zijn in de zorgsector. Met de uitzondering wil men ervoor zorgen dat de belastingdruk in de zorgsectoren niet verhoogd wordt. De reeds geldende vrijstellingen voor onderwijsinstellingen, natuurverenigingen en stichtingen van openbaar nut blijven nog steeds gelden onder de nieuwe regeling.

De wijziging komt hard aan. De nieuwe regeling mag dan wel miniem lijken, de gevolgen zullen dat op lange termijn niet zijn.

Aarzel niet om onze experts te contacteren op het nummer +32 9 223 31 54 of per mail op het mailadres studiedienst@refibo.be.



Blijf op de hoogte van het belangrijkste nieuws voor ondernemers, ontvang onze maandelijkse REFIBO nieuwsbrief nu in uw mailbox!