Kerkstraat 106 9050 Gentbrugge
info@refibo.be
+32 9 223 31 54
ma-vr: 9:00-13:00, 13:30-17:00

Win-winlening discrimineert volgens Europa

Win-winlening discrimineert volgens Europa

  • On 26/02/2013

De win-winlening, die wordt gezien als een belangrijk instrument in de financiering van de Vlaamse kmo’s, is strijdig met de EU-verdragen oordeelde de Europese Commissie op 21/02/2013. Mogen we een kruis trekken over de ‘vriendenlening’?

Wat is een win-winlening? Als vriend, kennis of familielid kan u een win-winlening toekennen aan een bedrijf. In ruil daarvoor krijgt u een jaarlijkse belastingkorting van 2,5 % op het nog openstaande bedrag. Het gaat om een achtergestelde lening tot maximaal 100 000 euro met een minimumlooptijd van acht jaar. Als het bevriende bedrijf u niet kan terugbetalen, krijgt u een eenmalige belastingvermindering van 30 % op het verloren bedrag. De win-winlening laat dus toe dat ondernemingen die niet bij banken terecht kunnen, toch aan het nodige geld geraken via deze ‘vriendenlening’.

Waarom doet Europa moeilijk? Wel, de win-winlening in zijn huidige vorm staat een belastingaftrek toe voor leningen door inwoners van het Vlaams Gewest aan ondernemingen die eveneens in Vlaanderen gevestigd zijn. Niet-inwoners die hun inkomen in België verdienen, kunnen dus niet genieten van deze aftrek. Discriminatie, vindt de Europese Commissie. Deze regeling is in strijd met het vrije verkeer van werknemers en de vrijheid van vestiging en moet dus, zo luidt haar met redenen omkleed advies, binnen de 2 maanden worden aangepast in de Belgische wetgeving.

Gedaan met de vriendenlening? Nee hoor. Dezelfde dag nog, liet Vlaams minister-president Kris Peeters weten dat de KMO’s zich geen zorgen hoeven te maken. Het Vlaams Parlement heeft op woensdag 3 juli 2013 het aangepaste Gigarant-decreet, dat de weg moet vrijmaken voor de kmo-fondsen, unaniem goedgekeurd. In één beweging werd ook de winwinlening bijgestuurd om tegemoet te komen aan de Europese kritiek. Waar er voorheen enkel een fiscaal voordeel voorzien was wanneer de kredietnemer zijn “voornaamste exploitatiezetel” in Vlaanderen had, wordt de steunmaatregel nu toegankelijk gemaakt voor “alle kredietnemers met een exploitatiezetel in het Vlaamse gewest”.